Stellingen van Marcel Dohmen over nepnieuws

Uit Kritisch denken wiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Deze tekst is opgesteld door Marcel Dohmen.

1) Aangezien waarneming per definitie een interpretatie is van alles, dat onze zintuigen bereikt, zijn er evenzovele waarnemingen als dat er prikkels zijn. Aangezien dat op zichzelf een feit is, is het onmogelijk om op een redelijk betrouwbare manier aan de hand van de inhoud nieuws van nepnieuws te scheiden.

2) Als het vorige waar is, dan is de wijze waarop we met nieuws omgaan niet te scheiden van hoe we met nepnieuws omgaan. Dus zou de meest voor de hand liggende manier om met nieuws om te gaan zijn: Het genereren van een grote hoeveelheid nepnieuws, die met hoge frequentie over ons heen wordt gestrooid en wel net zo lang, totdat de ontwrichtende werking ervan leidt tot een algeheel besef, dat afbeeldingen van de werkelijkheid als onbetrouwbaar worden ervaren. “Ontwrichten om te richten”.

3) De werkelijkheid is alles wat ons werkelijk schijnt. Ze is niet te vatten als entiteit maar wel te omschrijven en te ervaren.

4) Waarheid (T) is dan de uitkomst van een transformatie van de werkelijkheid (R) met als argumenten de (zintuigelijke) waarneming (s): R(s) -> T. Je zou de transformatie een projectie kunnen beschouwen, waarbij de dimensie Werkelijkheid geprojecteerd wordt op de dimensie taal. Het sociaal constructivisme breidt deze definitie uit met de stelling, dat alle waarneming binnen het construct van het menselijk brein wordt gedecodeerd, waardoor de facto waarheid uniek wordt en waarbij ervan wordt uitgegaan dat mensen de werkelijkheid creëren mede door de sociale relaties die ze met elkaar hebben.

5) De taal is één van de mogelijkheden waarmee waarheid afstand kan afleggen. Met behulp van taal kan een waarheid leiden tot congruentie in andere waarheden.

6) Nieuws is een waarheid waaraan actualiteitswaarde is toegekend. Het verschil tussen informatie (als incidentie van waarheid) en nieuws is gelegen in de vergankelijkheid (tijdigheid en tijdelijkheid) va dat laatste.

7) De waarheidsbeelden (id est: De door taal tot ons gekomen informatie) zijn herleidbaar tot taal en de taal is herleidbaar tot indrukken.

8) Wanneer de per definitie unieke waarheden in sterkere mate overeenkomsten bevatten, ontstaat adoptie. Hoe groter de deelverzameling tussen de verschillende waarheden (als entiteit begrepen), hoe sterker de adoptie. Een grote adoptie leidt tot een sterkere groepsovertuiging. Een sterke groepsovertuiging vergroot de kans op breuken tussen groepen. Een sterke groepsovertuiging leidt ook tot zgn “Groupthink”. In de psychologie is dit nauw verwant aan ‘consensus bias’.